Je ontmoette Douglas toen hij net wat jonger was dan jij nu bent, 86 jaar. Wat gebeurde er?
Ik ontmoette Douglas toen hij 82 jaar was, en ik was zestig. Er was een verschil van 22 jaar tussen ons. Maar ik voelde dat verschil nooit omdat hij zo’n sterke vent was, fysiek, en ook mentaal en spiritueel. Hij was open als een jonge kerel. Hij was op de hoogte van moderne dingen. Hij begon te werken op een computer en gebruikte internet; hij was werkelijk buitengewoon. Er was een prachtige liefde tussen ons. Ik werd verliefd als een jong meisje op mijn zestigste en ik denk hij ook. We hadden twintig heel gelukkige jaren samen. Ik steunde zijn werk volledig, omdat ik denk dat hij een genie was. Maar hij was zijn tijd vooruit en zijn boodschap wordt mogelijk pas werkelijk begrepen over vijftig of honderd jaar. Ik voel me bevoorrecht dat ik hem ontmoette en hem kon helpen, want ik denk dat Zien de oplossing is, of kan zijn, voor onze hedendaagse problemen. Het zou voor zoveel mensen goed zijn. Als vele mensen het zouden toepassen, zou de situatie in de wereld misschien wat beter zijn.
Vindt er in jouw ervaring een verdieping of rijping plaats nadat je gezien hebt wie je werkelijk bent en je daaraan toegewijd blijft?
Ik zou zeggen dat Zien niets met data te maken heeft. Het is altijd nieuw als je het doet; het is altijd de eerste keer. En tegelijkertijd, als je Zien beoefend hebt voor lange tijd, dan wordt het een steun in je rug. Maar of het nu op de voorgrond of op de achtergrond is, het is er altijd. Ja, ik zou zeggen dat het zich verdiept, maar langzaam, erg langzaam. Soms lijk je het te verliezen omdat het leven te moeilijk is, maar echt verliezen doe je het nooit. Je kan er altijd naar terugkeren. Dat is het wonder dat Douglas mogelijk maakte met zijn experimenten.
Als ik zie dat ik niet Zie, kan ik altijd terugkeren naar Zien. Wanneer ik volledig in beslag genomen word door de kleine Catherine, door mijn kleine ik, helpt Zien me om in te zien dat ik niet verblijf op de juiste plaats. Dan kan ik het onmiddellijk corrigeren met dit innerlijke gebaar: me innerlijk omkeren en zien dat hier absoluut niets is. Hier is een immense oneindige ruimte die de wereld en alles wat er gebeurt verwelkomt, zelfs de moeilijke dingen. Nu moet ik dat steeds accepteren. De wensen van kleine Catherine blijven zo vaak onvervuld nu het een complete School voor Aanvaarding is.
Welke invloed heeft Zien op ouderdom of op ziekte?
Ouderdom is een School voor Aanvaarding. Ten eerste is het moeilijk om oud te worden. Het is een zware tijd. Misschien merken mensen die in een uitstekende gezondheid verkeren het verschil niet zo op, maar wel zullen ze het verschil in hun verschijning opmerken. Dat is het eerste probleem. Je moet aanvaarden dat je lichaam, dat eerst mooi en gezond was of relatief mooi en gezond, opeens achteruitgaat. Dan helpt Zien om in te zien dat jij dat niet bent; je bent niet je fysieke verschijning. Je kijkt naar je lichaam en je realiseert je dat je naar een object kijkt, niet anders dan het glas op tafel, het kopje, de stoel of de kast. Al deze dingen om me heen zijn objecten, net als mijn lichaam.
Dus je aanvaardt dat het lichaam verandert, net zoals je accepteert dat je auto oud wordt en stukgaat. Je ziet dat je dat niet bent. Want het Licht in ons dat ons stuwt is hetzelfde, precies hetzelfde. Het heldere bewustzijn van binnen is er nog steeds, absoluut onaangeroerd en perfect ongeschonden. Je realiseert je dat je gewend moet raken om in dit licht, deze ruimte, dit heldere bewustzijn te verblijven. De kunst is om er altijd naartoe terug te keren en in te zien dat dit is wat ik ben. Ik ben de vlam die alles verlicht. Zonder dit licht van binnen zou ik de wereld niet kunnen zien. In feite creëert het de wereld. Als je ouder wordt realiseer je je steeds meer dat dit is wat je bent.
Met ziektes is het anders. Dat is fysieke pijn. Ik denk dat ik voor niets bang meer ben, behalve voor pijn. Fysieke pijn is erg moeilijk te verdragen, zelfs met Zien. Ik zie dat dit lichaam een object is, maar ik zie en verdraag ook de pijn. Als de pijn te erg is, is het moeilijk om de hele tijd te blijven Zien. Maar het helpt om het te proberen, want het creëert een afstand tussen jou en de pijn. Je plaatst de pijn waar hij is, in het object lichaam. Als je hem daarnaar toe terugbrengt, is hij beter te verdragen dan wanneer je hem aanneemt als je kleine zelf.
Hoe sta je tegenover de dood?
Op dit moment zou ik hem verwelkomen. Hoe ouder ik word, hoe meer ik me opgesloten voel in dit lichaam, dat ik niet ben. Het is nu als een klomp pijn en ik wil eruit. Ik zal blij zijn te sterven. Het lijkt me dat ik de dood zal in rennen als rennen over het strand naar de zee; met de zee als dit grenzeloze bewustzijn waarmee ik me zal verenigen, geloof ik. Ik denk dat dit zal gebeuren: dat ik zal oplossen en één worden met dit grenzeloze bewustzijn. Ik denk dat de dood een ware bevrijding zal zijn.
Je was bij Douglas toen hij stierf. Had je het gevoel dat Zien hem hielp toen?
Douglas was buitengewoon toen hij stierf, maar wat er in hem omging weet ik niet natuurlijk. Hij had Zien zijn hele leven beoefend. Hij zag de hele tijd, geen twijfel mogelijk. Hij was erg kalm en rustig. Op een gegeven moment zei hij dat het erg interessant was om te sterven. Ik denk niet dat hij leed. Hij stierf in volle helderheid. We hielden elkaars hand vast. Af en toe kneep hij even en toen stopte het plotseling. Dat was het. Hij was erg vredig.
Is er nog iets wat je wilt toevoegen?
Ja, ik wil graag zeggen dat het een fantastisch geschenk is om te Zien dat we dit immense open bewustzijn zijn, in plaats van dat kleine lichaam. We zitten niet opgesloten in dat lichaam. Het probleem is dat we allemaal lijden aan ons afgescheiden voelen van anderen en van de wereld. We besteden onze tijd aan deze kleine persoon proberen te verbeteren, te beschermen, te verdedigen. Het is zo’n tijdsverspilling. Als we ons alleen maar zouden openen voor wat we werkelijk zijn, deze onmetelijke grenzeloze ruimtelijkheid, dan kunnen we vrij ademen. Dan kun je zien dat de problemen van de kleine ik niet zo belangrijk zijn. Ze veranderen niet daardoor, ze zijn er nu eenmaal, maar je wordt er niet zo door verpletterd als wanneer je denkt dat je alleen maar deze kleine persoon bent. Het is een bevrijding. Voor mij is het vrijheid.
Voor mij is het ook belangrijk dat Zien helpt om elkaar lief te hebben. Het helpt om anderen te accepteren zoals ze zijn, net zoals je de rest accepteert. Het helpt om te zien dat ze hetzelfde zijn als jij, of ze het nu zelf zien of niet. Van nature zijn ze ook dit grenzeloze bewustzijn. We komen allemaal van dit licht, dit oneindige bewuste licht. Ze zijn hetzelfde; ze weten het alleen niet. En als je naar anderen kijkt en ziet dat ze hetzelfde zijn als jij, dan voelen ze dat. Dit heb ik vaak ervaren.
Plotseling laten ze hun verdediging vallen en openen zich. Het is erg boeiend om dit te ervaren, om andere mensen te verwelkomen, wie ze ook zijn, en te zien dat ze van hetzelfde oneindige licht komen, en dan bereid te zijn om van ze te houden. Ze voelen het. Het verandert de manier waarop ze je tegemoet treden. Ik vind dat een groot geschenk in het leven, en om die reden denk ik dat deze waardevolle boodschap verspreid zou moeten worden in de huidige verwarrende en droevige wereld.
Interview voor InZicht, november 2018